Gepubliceerd op:

Deze publicatie biedt instrumenten, methodieken en adviezen waar allé krimpgebieden in Nederland mee aan de slag kunnen. De evaluatie is door RIGO en DSP-groep in opdracht van Platform31 uitgevoerd. In de 14 experimenten die over diverse krimpgebieden van Nederland zijn verspreid, is een grote hoeveelheid kennis en praktijkervaring opgedaan. Deze zijn vertaald naar breder toepasbare instrumenten en methodieken en adviezen om de toenemende krimpproblematiek voor te zijn of op te lossen. Denk aan: websites, handleidingen, planningsmethodieken, handhavingsaanpakken, dorpsontwikkelingsmaatschappijen en nieuwe financieringsmodellen voor gemeenten.

Bij een aantal experimenten is ook op straat de eerste verandering zichtbaar. Opgeknapte woningen, gesloopte woningen waar een nieuwe bestemming is gekomen, meer Vlamingen in de Zeeuwse grensstreek en een nieuw fysiek en digitaal dorpshuis zijn enkele voorbeelden.

Aan een effectieve krimpaanpak liggen drie basisvoorwaarden ten grondslag:

  1. tijdelijke lokale bewustwording,
  2. voldoende regionaal georganiseerde bestuurskracht en
  3. een effectieve bekostigingssystematiek die recht doet aan de krimpproblematiek.

Experimenteren met krimp blijkt een proces van lange adem; een effectieve aanpak kost meer tijd dan velen vooraf dachten. Bij veel experimenten is ook een verschil te zien in de verwachtingen van het Rijk en de lokale of regionale uitvoerders. Het Rijk legt de nadruk op leren van de experimenten; lokaal en regionaal wil men vooral oplossingen vinden voor actuele vraagstukken. Dit kan leiden tot andere keuzes in het uitvoeringsproces. Het Krimpexperimentenprogramma krijgt een vervolg.