Gepubliceerd op:

Aanleiding voor dit onderzoek was dat de uitvoering van de Woonvisie zich halverwege de beleidsperiode bevindt. De RKC achtte de tijd rijp voor een tussentijdse evaluatie van het woonbeleid. Het onderzoek richtte zich vooral op de totstandkoming van het beleid, de stand van zaken in de uitvoering en de rol en informatievoorziening door de gemeenteraad.

Alles overziend heeft de gemeente met de nieuwe woonvisie en uitvoeringsagenda een ambitieus woonbeleid opgesteld, waarbij de input van de verschillende belanghebbenden en de gemeenteraad een plek heeft gekregen. Deze betrokkenheid blijft nog wel vaak beperkt tot degenen die zelf al betrokkenheid tonen en de inwoners zijn nog niet zo uitgebreid betrokken als de gemeente zou willen.

Alle acties die de gemeente zich heeft voorgenomen in de uitvoeringsagenda zijn inmiddels in gang gezet. Soms blijkt er meer tijd nodig om tot resultaat te komen, maar andere acties zijn zeer voortvarend verder gebracht. In het algemeen is aandacht nodig voor het zetten van vervolgstappen, na de opstartfase.

Binnen de heldere scheiding in de rolverdeling tussen gemeenteraad en college, waarbij de uitvoering in zijn geheel ligt bij het college, heeft de gemeenteraad zijn kaderstellende rol goed vorm kunnen geven. In beginsel kan zij ook beschikken over de informatie die zij nodig heeft om invulling te geven aan haar controlerende taak. Al is zij hierin vooral aangewezen op de gemeentelijke stukken en kent de gemeenteraad de voortgang van het gemeentelijk woonbeleid vooral op het niveau van de geformuleerde actiepunten. Het gebundeld informeren van de gemeenteraad over de voortgang van de woonvisie (op strategisch niveau), de uitvoeringsagenda (op tactisch niveau) en de regionale en lokale woonprogrammering (uitvoeringsgericht), kan dit hiaat eenvoudig wegnemen.