Gepubliceerd op:

De wet biedt gemeenten onder meer de mogelijkheid eigenaren te verplichten leegstand te melden en verplichte voordrachten voor gebruikers te doen. Veel gemeenten hebben actief werk gemaakt van het leegstandsbeleid. Slechts een enkele maakt daarbij daadwerkelijk gebruik van het instrumentarium dat de wet biedt: de Leegstandsverordening. Zij zetten de verordening gebiedsgericht in, in combinatie met andere maatregelen.

Er zijn nog geen verplichte voordrachten gedaan door gemeenten. Veel gemeenten zijn niet overtuigd van de meerwaarde ten opzicht van bestaande instrumenten, of vinden de dwingende aanpak niet passen bij de gewenste samenwerking met vastgoedeigenaren om de leegstand te lijf te gaan. De komst van de wet heeft er wel toe geleid dat de onderzochte gemeenten hun beleid hebben herijkt; een belangrijk effect volgens de Minister. Deze bevindingen sluiten aan bij wat uit een eerdere inventarisatie in 2012 bleek.

Uit cijfers over vervolgingen blijkt dat kraken geen Randstedelijk fenomeen is. De handhaving van het kraakverbod door het OM is vereenvoudigd, mede doordat de eenjaarstermijn is vervallen. De handhavingspraktijk is hierdoor eenduidiger geworden.

Nauwelijks beleidsmatige samenhang
De Wet kraken en leegstand had tot doel om beleidsmatig meer afstemming te realiseren tussen het tegengaan of voorkomen van kraken en bestrijding van leegstand. Het bestuursrechtelijk instrumentarium van de wet is daarom gekoppeld aan het strafrechtelijk instrumentarium. De beoogde samenhang tussen bestrijding van de leegstand en het strafbaar stellen van kraken is in de praktijk niet gevonden. Het bestrijden van kraken is een strafrechtelijke aangelegenheid geworden.

RIGO voerde de evaluatie uit in samenwerking met Yvonne Grooten Advies & Management.

Lees ook de aanbiedingsbrief aan de Tweede Kamer.