Al jaren hadden een woningcorporatie en een gemeente in de Randstad onenigheid over het verkoopbeleid van de corporatie. De corporatie wil mondjesmaat sociale huurwoningen verkopen en de gemeente wil het niet. Vraag aan ons was of we de impasse konden helpen doorbreken.
We zijn middels een enquête en gesprekken gestart met het inventariseren van alle argumenten voor en tegen verkoop. Centrale vraag van ons was vervolgens: wat zijn volgens jullie de effecten van verkoop en hoe beoordeel je die effecten, afgezet tegen de volkshuisvestelijke doelstellingen waar verkoop invloed op heeft en gegeven de financiële randvoorwaarden.
Die vraag lag voor in een gezamenlijke bijeenkomst van bestuurders en medewerkers. We hebben daar een eenvoudig effectenspel voor ingezet (zie afbeelding). De bedoeling van het spel was om, in eerste aanleg per partij, voor iedere doelstelling aan te geven welke positieve en negatieve effecten verkoop op elk van die doelstellingen zou hebben en welk gewicht die effecten ten opzichte van elkaar moesten krijgen.
Een plenaire terugkoppeling bracht aan het licht dat de meningen alleen uiteenliepen over de effecten op de eerste doelstelling: het vergroten van de voorraad sociale huurwoningen. Doorvragend was het verschil van mening terug te voeren op de financiële belemmeringen die beide partijen zouden ondervinden van al of niet verkopen. De corporatie had de verkoopopbrengsten nodig om financieringsruimte te creëren voor noodzakelijke nieuwbouwinvesteringen. De gemeente liep aan tegen eventuele exploitatietekorten indien extra nieuwbouw van sociale huur nodig was om de verkoop te compenseren. Was er geld genoeg aan beide zijden, dan zou er geen onenigheid zijn.
Die constatering maakte de weg vrij om tot een compromis te komen. De lucht is gezuiverd en momenteel wordt het compromis nader uitgewerkt. Missie geslaagd.